Toen ik even
Van de verzen, die ik las,
De ogen peinzend hield geheven
Tot de vreugd, die buiten was…
Jaap
J
Toen ik even
Van de verzen, die ik las,
De ogen peinzend hield geheven
Tot de vreugd, die buiten was…
’t Is over, hij zegt me niets meer, ik ben vrij
’t is over, het doet me niks meer, en ik ben blij
Hij is voor mij zomaar een heer
En al die toestanden, dat hoeft niet meer
Toen ik voor het eerst die dingen hoorde
was ik dertien of veertien jaar,
zag op weg naar school de mensen op straat
en dacht: die zijn naar bed geweest
met elkaar.
het mooiste meisje van de klas
verschrikt onwennig bij haar schouder
een bandje van haar bustehouder;
ze draagt dat rare ding maar pas.
Een bus gaat heen
de andere komt terug,
in de ene zit Suzan
in de andere zit Jan.